Alles wat u moet weten om uw kamerplanten gezond en gelukkig te houden. Van beginner tot expert.
De meeste kamerplanten sterven door te veel water, niet te weinig. Controleer altijd eerst de grond door uw vinger 2-3 cm diep te steken. Is de grond droog? Dan is het tijd om water te geven. Gebruik kamertemperatuur water en zorg voor goede drainage in de pot.
Elke plant heeft andere lichtbehoeften. De meeste kamerplanten gedijen bij indirect, helder licht. Vermijd directe middagzon die bladeren kan verbranden. Planten met donkere bladeren verdragen minder licht, terwijl bontbladige soorten juist meer licht nodig hebben.
De meeste kamerplanten zijn tevreden bij normale kamertemperatuur tussen 18-24°C. Vermijd plaatsen bij verwarmingen, airconditioning of tochtige ramen. Temperatuurschommelingen kunnen stress veroorzaken en bladval bevorderen.
Tropische planten houden van vochtige lucht. Verhoog de luchtvochtigheid door regelmatig te sproeien, planten te groeperen, of een kommetje water bij de verwarming te plaatsen. Een luchtbevochtiger is ideaal voor de wintermaanden.
Planten hebben voedingsstoffen nodig om te groeien. Geef in het groeiseizoen (lente en zomer) elke 2-4 weken vloeibare plantenvoeding. In herfst en winter groeien planten langzamer en hebben ze minder voeding nodig.
Wanneer wortels uit de onderkant groeien of de plant topzwaar wordt, is het tijd om te verpotten. Kies een pot die 2-3 cm groter is in diameter. Gebruik verse potgrond en water goed na het verpotten. De beste tijd is het voorjaar.
Het groeiseizoen begint. Verhoog watergeeffrequentie en start met bijmesten. Ideale tijd om te verpotten.
Planten groeien het snelst. Let op uitdroging en bescherm tegen felle middagzon. Regelmatig water geven.
Groei vertraagt. Verminder water en stop met bemesten. Haal planten van buiten naar binnen.
Rustperiode. Minimaal water, geen voeding. Let op droge verwarmingslucht en houd planten weg van koude ramen.
Kan wijzen op te veel water, te weinig licht, of natuurlijke bladveroudering. Controleer de grond en pas de verzorging aan. Oude bladeren onderaan de plant worden vaak geel, dit is normaal.
Vaak een teken van te lage luchtvochtigheid of onregelmatig watergeven. Sproei tropische planten regelmatig en zorg voor een consistente watergeefroutine.
Controleer regelmatig op bladluis, wolluis en spint. Isoleer aangetaste planten direct. Behandel met groene zeep of neemolie. Preventie is beter dan genezen.
Kijk dagelijks naar uw planten. Veranderingen in bladstand of kleur vertellen veel over hun welzijn.
Creëer een vaste verzorgingsroutine. Planten houden van consistentie in water en voeding.
Draai planten regelmatig een kwartslag. Zo groeit de plant gelijkmatig naar het licht.
Verwijder dode of gele bladeren direct. Dit voorkomt ziektes en stimuleert nieuwe groei.
Heeft u specifieke vragen over uw planten? Ons team van experts staat klaar om u te helpen.